Liturgie zondag 29 juni 2025 avonddienst  avondmaal
Voortzetting viering Heilig Avondmaal en dankzegging

 

Welkom door de ouderling van dienst

 

Zingen: Psalm 84: 5, 6

 

O God, die ons ten schilde zijt,

En ons voor alle ramp bevrijdt,

Aanschouw toch Uw gezalfde Koning.

Een dag is in Uw huis mij meer,

Dan duizend, waar ik U ontbeer;

‘k Waar’ liever in mijn Bondsgods woning

Een dorpelwachter, dan gewend

Aan d’ ijdle vreugd’ in ’s bozen tent.

 

Want God, de Heer’, zo goed, zo mild,

Is ’t allen tijd een zon en schild.

Hij zal genaad’ en ere geven;

Hij zal hun ’t goede niet in nood

Onthouden, zelfs niet in de dood,

Die in oprechtheid voor Hem leven.

Welzalig, Heer’, die op U bouwt,

En zich geheel aan U vertrouwt.

 

Stil gebed. Votum en groet

 

Zingen: Psalm 130: 4

 

Hoopt op den Heer’, gij vromen;

Is Israel in nood,

Er zal verlossing komen;

Zijn goedheid is zeer groot.

Hij maakt, op hun gebeden,

Gans Israel eens vrij

Van ongerechtigheden;

Zo doe Hij ook aan mij.

 

Geloofsbelijdenis

 

Zingen: Gezang 147: 1, 2, 3

 

Prijs, mijn ziel, de Hemelkoning,

breng uw schatting aan zijn voet,

die mij door zijn gunstbetoning

heil, vergeving smaken doet!

Halleluja, halleluja,

prijs de Koning, ’t eeuwig goed!

 

Prijs Hem, die in bange tijden

onze vaad’ren uitkomst gaf!

Prijs Hem, die ook ons wil leiden,

snel tot hulp en traag tot straf!

Halleluja, halleluja,

d’ eeuwen door tot steun en staf!

 

Vaderlijk wil Hij ons schragen,

kennend onze zwakke kracht,

in zijn arm beschermend dragen

uit des vijands overmacht.

Halleluja, halleluja,

Hem, die ons verlossing bracht!

 

Gebed

 

Formulier

 

Zingen: Op Toonhoogte 282: 2, 3

Ondertussen wordt de tafel in gereedheid gebracht

 

Als ik bedenk, hoe Jezus zonder klagen
tot in de dood gegaan is als een Lam,

sta ik verbaasd, dat Hij mijn schuld wou dragen

en aan het kruis mijn zonde op zich nam.

Refrein: Dan zingt mijn ziel tot U, o Heer mijn God:

hoe groot zijt Gij, hoe groot zijt Gij!

 

Als Christus komt met majesteit en luister,

brengt Hij mij thuis, hoe heerlijk zal dat zijn.

Dan zal ik vol aanbidding voor Hem buigen

en zingt mijn ziel: o Heer, hoe groot zijt Gij!

Refrein: Dan zingt mijn ziel tot U, o Heer mijn God:

hoe groot zijt Gij, hoe groot zijt Gij!

 

Tafel

Nodiging. Daarna speelt de organist en komen gemeenteleden naar voren

Stil gebed

 

Diakenen delen brood uit – ondertussen speelt de organist

 

Breken van het brood  – brood wordt tegelijkertijd genuttigd

 

Diakenen delen wijn uit – ondertussen speelt de organist

 

Inschenken van de wijn – wijn wordt tegelijkertijd genuttigd

 

Na een stilte worden de bekers opgehaald – ondertussen speelt de organist

 

Korte bijbellezing

 

Stil gebed

 

Zingen: Psalm 65:6
Onder het naspel gaan de gemeenteleden weer naar hun plaats

 

Gij geeft, dat d’ uitgang van den morgen

En van den avond juicht,

En dat men U voor al Uw zorgen

Ootmoedig dank betuigt.

Het land bezoekt Gij met Uw zegen,

En, door U droog gemaakt,

Verrijkt Gij ’t grootlijks weer met regen,

Die tot den wortel raakt.

Dankzegging

 

Zingen:  Op Toonhoogte 41: 3, 4

 

U komt ons, Heer’, in Christus tegemoet.

U geeft ons, Heer’, verlossing door Zijn bloed.

U roept ons, mensen, in Uw heerlijkheid:

leven om Jezus’ wil in eeuwigheid!

 

Daarom zal, Heer’, ons lied een loflied zijn,

dat in ons zingt met eindeloos refrein.

Prijzend Uw liefde, heffen wij het aan:

Heer’, onze God, hoe heerlijk is Uw Naam!

 

 

Schriftlezing: Psalm 63

1Een psalm van David, toen hij in de woestijn van Juda was.

2O God, U bent mijn God!

U zoek ik vroeg in de morgen;

mijn ziel dorst naar U,

mijn lichaam verlangt naar U

in een land, dor en dorstig, zonder water.

3Zo heb ik U in het heiligdom aanschouwd,

Uw macht en Uw heerlijkheid gezien.

4Uw goedertierenheid is immers beter dan het leven;

daarom zullen mijn lippen U prijzen.

5Zo zal ik U loven in mijn leven,

in Uw Naam zal ik mijn handen opheffen.

6Mijn ziel zal als met vet en overvloed verzadigd worden;

mijn mond zal roemen met vrolijk zingende lippen.

7Wanneer ik aan U denk op mijn bed,

over U peins in nachtwaken –

8voorzeker, U bent een Helper voor mij geweest;

onder de schaduw van Uw vleugels zal ik vrolijk zingen.

9Mijn ziel klampt zich aan U vast, komt achter U aan,

Uw rechterhand ondersteunt mij.

 

2 Petrus 3:11-18

11Als deze dingen dus allemaal vergaan, hoedanig behoort u dan te zijn in heilige levenswandel en in godsvrucht;

12u, die de komst van de dag van God verwacht en daarnaar verlangt, de dag waarop de hemelen, door vuur aangestoken, zullen vergaan en de elementen brandend zullen wegsmelten.

13Maar wij verwachten, overeenkomstig Zijn belofte, nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont.

14Daarom, geliefden, terwijl u deze dingen verwacht, beijver u om onbevlekt en smetteloos door Hem bevonden te worden in vrede

15en beschouw het geduld van onze Heere als zaligheid; zoals ook onze geliefde broeder Paulus, naar de wijsheid die hem gegeven is, u geschreven heeft,

16zoals ook in alle brieven, wanneer hij deze dingen ter sprake brengt. Daaronder zijn sommige zaken die moeilijk te begrijpen zijn, die de onkundige en onstandvastige mensen verdraaien, tot hun eigen verderf, net als de andere Schriften.

17U dan, geliefden, omdat u dit van tevoren weet, wees op uw hoede, zodat u niet door de dwaling van normloze mensen wordt meegesleept en afvalt van uw eigen vastheid.

18Maar groei in de genade en kennis van onze Heere en Zaligmaker Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid, zowel nu als in de dag van de eeuwigheid. Amen.

 

Collecte

 

Zingen: Psalm 63:4

 

Wanneer ik, op mijn legerstee,

Aan U gedenk in stille nachten;

Dan peinst mijn ziel met al haar krachten,

Hoe Gij voorheen in angst en wee,

Als mij de vijand wild’ omringen,

Mij vaardig zijt ter hulp geweest;

Dies zal ik nu ook, onbevreesd,

In schaduw van Uw vleuglen zingen.

 

Preek

Zingen: Psalm 86:6

 

Leer mij naar Uw wil te handlen,

‘k Zal dan in Uw waarheid wandlen;

Neig mijn hart, en voeg het saam,

Tot de vrees van Uwen Naam.

Heer’, mijn God, ik zal U loven,

Heffen ’t ganse hart naar boven;

‘k Zal Uw Naam en majesteit

Eren tot in eeuwigheid.

 

Gebed

 

Zingen: Op Toonhoogte 118

 

Leid mij, Heer, o machtig Heiland
door dit leven aan uw hand.
Ik ben zwak, maar Gij zijt machtig,
wees mijn Gids in ’t barre land.
Gij mijn Sterkte, Gij mijn Leider,
vul mij met uw Geest steeds meer,
vul mij met uw Geest steeds meer.

Laat mij zijn een Godsgetuige,
sprekend van U meer en meer.
leid mij steeds door uwe liefde,
groeiend naar uw beeld, o Heer.
Brood des levens, Brood des hemels,
voed mij dat ik groei naar U,
voed mij dat ik groei naar U.

Laat door mij uw levend water
vloeien als een klare stroom.
O, Heer Jezus, ’t wordt steeds later
dat uw Geest over allen koom’.
Machtig Heiland, mijn Verlosser,
kom, Heer Jezus, in uw kracht,
kom, Heer Jezus, in uw kracht.

 

Zegen